29 oktober 2018
Rb – classificeren schade en daaraan gekoppeld percentage
Verweerder heeft ten onrechte het besluit tot vaststelling van het bestemmingsplan als schadeveroorzakend besluit aangemerkt. Naar oordeel van de rechtbank is het vrijstellingsbesluit van 22 januari 2008 het schadeveroorzakend besluit. Rechtbank ziet aanleiding om StAB in te schakelen.
Rechtbank is van oordeel dat afgegaan mag worden op de inhoud van het verslag van de StAB en de daarbij gevoegde rapporten van de taxateur. Verweerder had advies van adviesbureau niet aan zijn besluit ten grondslag mogen leggen. Volgt vernietiging van bestreden besluit. Rechtsgevolgen worden in stand gelaten, nu StAB op lager schadebedrag uitkomt.
Inhoudelijk bestaat vooral over de omvang van de planologische schade een wezenlijk verschil van mening tussen eisers enerzijds en de StAB en taxateur anderzijds. Eisers zijn van mening dat de combinatie van schadefactoren ertoe leidt dat op zijn minst sprake is van middelzware planschade, waaraan een schadepercentage moet worden gekoppeld van 4% tot 7%.
Door de StAB zijn vijf schadefactoren genoemd. Uit de rapporten van taxateur blijkt dat met de schadefactoren rekening is gehouden. De taxateur heeft daarbij geconcludeerd dat met name het verlies aan privacy van invloed is geweest. Het nadeel van deze schadefactor heeft de taxateur begroot op een bedrag van € 17.500,00, terwijl de schadefactoren uitzicht, lichthinder en verstening door hem zijn begroot op € 2.500,00.
De rechtbank is evenwel van oordeel dat de omvang van de schade in deze zaak niet moet worden bepaald aan de hand van een percentage van de waarde van de woning. In navolging van de ABRS in onder meer de uitspraak van 14 maart 2018 (ECLI:NL:RVS:2018:821) is de rechtbank van oordeel dat de waardevermindering voortvloeit uit de taxatie van de waarden vóór en na de peildatum. Het classificeren van de schade als lichte, middelzware of zware schade en het daaraan koppelen van een percentage kan enkel als controlemiddel worden gezien.