22 mei 2019
ABRS – risicoaanvaarding
Uitspraak over de weigering door het college van burgemeester en wethouders van Groningen om schadevergoeding toe te kennen aan een exploitant van prostitutieramen in het A-kwartier in Groningen.
De exploitant had om de schadevergoeding gevraagd, omdat het na wijziging van de Algemene Plaatselijke Verordening niet langer toegestaan is om prostitutieramen te hebben in het A-kwartier. Volgens het gemeentebestuur was dat verbod echter te voorzien voor de exploitant door een brief en de besluiten waarin is aangekondigd dat het exploiteren van prositutie-inrichtingen in het A-kwartier vanaf 1 januari 2016 niet meer is toegestaan en komt zij om die reden niet in aanmerking voor schadevergoeding. De Afdeling oordeelt dat vanaf de bekendmaking van de besluiten op 17 augustus 2010 en 2 september 2010 de beëindiging van de raamprostitutie per 1 januari 2016 kenbaar was. Aanvrager heeft een exploitatievergunning sinds 26 januari 2015. Aanvrager heeft geen bewijsmateriaal overgelegd waaruit volgt dat aanvrager voor bekendmaking van de besluiten al een exploitatievergunning had. De door aanvrager overgelegde winst- en verliesrekeningen zijn gedateerd na september 2010 en zijn derhalve onvoldoende om te onderbouwen dat aanvrager al actief was voor de genoemde besluiten.