13 maart 2019
ABRS – Normaal maatschappelijk risico & concern
Appellant exploiteert een fastfoodrestaurant werkend volgens een franchiseformule in Breda. Appellant exploiteerde in totaal drie vestigingen. De gemeente Breda heeft Gloudemans verzocht om een onafhankelijk advies uit te brengen.
Gloudemans heeft voor de beoordeling van de omvang van de omzetderving de zogenoemde concern-benadering met subsitutie-effect toegepast. Appellant is van oordeel dat de omzetderving en het normaal maatschappelijk risico niet op concernniveau dient te worden beoordeeld maar op vestigingsniveau. Volgens appellant maakt de vestiging weliswaar in juridisch opzicht onderdeel uit van de onderneming, maar is volgens haar economisch en organisatorisch sprake van een zelfstandige entiteit. De Afdeling gaat hier niet in mee en overweegt dat geen sprake is van een zelfstandige entiteit. Dat de vestiging zelfstandig voorraden inkoopt en een eigen pool van werknemers heeft, leidt niet tot een ander oordeel. Ook het gegeven dat de vestiging in het maatschappelijk verkeer zelfstandig functioneert is niet relevant, economisch gezien wordt de schade op het niveau van de onderneming geleden.