25 juli 2018
ABRS – Beperking bedrijfsvoering
Appellant heeft een varkenshouderij in de gemeente Weert. Tegenover zijn bedrijf is een burgerwoning mogelijk gemaakt. Onder de oude planologische situatie was daar een agrarisch bedrijf mogelijk inclusief bedrijfswoning. De rechtbank had (in navolging van het college en de deskundige) geoordeeld dat er geen sprake was van een belemmering van de ontwikkelingsmogelijkheden van het bedrijf van appellant. In de directe nabijheid zijn al woningen aanwezig die een verdere uitbreiding van het bedrijf reeds zouden beperken.
De Afdeling overweegt dat de komst van de nieuwe burgerwoning wel degelijk een belemmering is voor de ontwikkelingsmogelijkheden van het bedrijf. Appellant heeft een rapport ingebracht waaruit blijkt dat strengere geluidsnormen gelden ten opzichte van een burgerwoning. Hierdoor is onder meer het aantal transporten naar het bedrijf beperkt. In het besluit op bezwaar had het college nog gerefereerd naar een eerdere procedure waarin was geoordeeld dat onder de huidige bedrijfsvoering de geldende geurbelastingsnorm reeds wordt overschreden voor de omliggende woningen. De Afdeling stelt echter vast dat het gegeven dat voor appellant geen strengere geurnormen gelden als gevolg van de burgerwoning niet betekent dat hetzelfde geldt voor geluidsnormen. Hieraan is ten onrechte in de advisering en besluitvorming voorbij gegaan. Het college dient dit gebrek te herstellen.