22 januari 2020
ABRS – NMR
Aanvragers stellen schade te ondervinden als gevolg van een plan dat het voor een café mogelijk maakt een vlonderterras aan te leggen aan de Maas. De deskundige had het normaal maatschappelijk risico vastgesteld op 2%. De rechtbank heeft overwogen dat de aanleg van een terras een normaal maatschappelijke ontwikkeling is waarmee aanvragers rekening hadden kunnen houden en heeft het normaal maatschappelijk risico verhoogd naar 4%. De Afdeling overweegt dat een terras op die locatie – aan de Maas, met uitzicht op de rivier en gelegen vlakbij een aanlegsteiger – bij uitstek hiervoor geschikt is.
De locatie waar het nieuwe planologische regime de aanleg van een grootschalig terras mogelijk maakt, wordt al tientallen jaren als kleinschalig terras gebruikt. Verder past een buitenterras in de ruimtelijke structuur van de omgeving. Een terras op deze locatie past, aan de andere kant, niet binnen het beleid van de gemeente en vanuit het oogpunt van de oude bestemming van de gronden waarop het terras mag worden gerealiseerd, lag de ontwikkeling juist minder voor de hand. De rechtbank heeft terecht overwogen dat deze laatste omstandigheid niet opweegt tegen de andere omstandigheden die erop duiden dat een terras op deze locatie vroeg of laat te verwachten was.
Aanvragers hadden aangevoerd dat de rechtbank bij de beoordeling van het normaal maatschappelijk risico ten onrechte rekening heeft gehouden met het reeds aanwezige terras, dat illegaal aanwezig was. De Afdeling is van oordeel dat de rechtbank deze omstandigheid wél mag betrekken. Het is namelijk niet ongebruikelijk dat een illegale situatie met gebruikmaking van planologische maatregelen wordt gelegaliseerd, aldus de Afdeling. Volgens de Afdeling kan aanvragers weliswaar niet worden verweten dat zij niet hebben geprotesteerd tegen het terras, maar dat betekent niet dat zij niet behoefden te verwachten dat op enig moment een horecaterras op die locatie planologisch mogelijk zou worden gemaakt.
Naar het oordeel van de Afdeling heeft de rechtbank bij de vaststelling van het normaal maatschappelijk risico echter onvoldoende rekening gehouden met de aard en omvang van de schade. In dit geval is sprake van een voor hen zeer ingrijpende planologische ontwikkeling die tot een uitzonderlijk hoge schade heeft geleid in verhouding tot de waarde van hun woningen. De rechtbank had ook deze omstandigheid, die dit geval bijzonder maakt, bij de beoordeling van het normaal maatschappelijk risico moeten betrekken. De Afdeling stelt het normaal maatschappelijk risico vast op 3%.