Gloudemans Uitspraak - algemeen
22 augustus 2023

Besluit van 10 juli 2023, nr. 2023001632 (Verbindingsweg Ladonk-Kapelweg)

De onteigening ziet op onroerende zaken gelegen in de gemeente Boxtel, gelegen in het bestemmingsplan Verbindingsweg Ladonk-Kapelweg 2022.

Noodzaak en urgentie
Het bestemmingsplan “Verbindingsweg Ladonk-Kapelweg 2022” voorziet in de aanleg van de verbindingsweg Ladonk-Kapelweg en is een van de deelprojecten van het Maatregelenpakket PHS dat door de gemeente Boxtel in samenwerking met de provincie Noord-Brabant en het Rijk wordt gerealiseerd. Het maatregelenpakket omvat de uitvoering van projecten om de bereikbaarheid, leefbaarheid en veiligheid van Boxtel en de robuustheid van het spoorvervoer te verbeteren.

De dubbele spoorwegovergang Tongersestraat vormt een knelpunt in de doorstroming van het wegverkeer op en rond de Tongersestraat. De spoorwegovergang verbindt het centrum van Boxtel met het buurtschap Kalksheuvel en het bedrijventerrein Ladonk. Door de frequente sluiting van de spoorbomen zorgt de spoorwegovergang voor veel vertraging en een verminderde doorstroming van het wegverkeer. De leefbaarheid in de omgeving van de Tongersestraat staat daarmee onder druk. Daarnaast zorgt de dubbele spoorwegovergang voor een verkeersveiligheidsprobleem voor weggebruikers. Als gevolg van het Programma Hoogfrequent Spoorvervoer van het Rijk zullen er meer treinen gaan rijden waardoor de spoorbomen nog frequenter en langer gesloten zullen zijn.

De verwachting is dan ook dat de problemen rond de leefbaarheid, verkeersveiligheid en doorstroming van het verkeer in de komende jaren verder zullen toenemen. Een van de projecten van het Maatregelenpakket PHS Boxtel is de opheffing van de dubbele spoorwegovergang Tongersestraat waarbij voor het wegverkeer andere routes worden aangelegd. De VLK is een van die routes en tevens een van de projecten uit het maatregelenpakket. Door de aanleg van de verbindingsweg wordt het verkeer om het buurtschap Kalksheuvel heen geleid en wordt een tweede ontsluiting van het bedrijventerrein Ladonk gerealiseerd. Daarmee brengt de aanleg van de VLK een verbetering van de verkeersveiligheid, leefbaarheid en doorstroming met zich mee in de omgeving van de dubbele spoorwegovergang. Ook wordt daarmee de leefbaarheid in het buurtschap Kalksheuvel en de bereikbaarheid van het bedrijventerrein Ladonk verbeterd.

Zienswijzen
Binnen de daarvoor gestelde termijn zijn drie zienswijzen naar voren gebracht. Daarbij wordt opgemerkt dat reclamant 3 de zienswijze heeft ingetrokken.

Reclamante 1

Onzorgvuldige planvoorbereiding en besluitvorming
Reclamante stelt dat er geen ander minder milieubelastend alternatief is onderzocht wat maakt dat volgens reclamanten sprake is van onzorgvuldigheid in de planvoorbereiding en besluitvorming. Daarnaast merkt reclamante op dat de VLK een van de vijf deelplannen is in het kader van het Maatregelenpakket PHS Boxtel. De vijf samenhangende plannen vormen één geheel. Omdat 2 van de onderdelen zijn vernietigd door de Raad van State. Volgens reclamante is het hoofdmotief van de ABRS de onvolwaardige verkeerskundige onderbouwing van de plannen. Aangezien het bestemmingsplan voor realisatie van de VLK zich op dezelfde onderbouwing baseert, is te verwachten dat dit onderdeel van het bestemmingsplan het ook niet zal halen. Volgens reclamante is de samenhanging niet meer mogelijk.

De Kroon overweegt:
“in beginsel geldt dat het ruimtelijk plan moet zijn vastgesteld. De grondslag voor deze onteigening wordt gevormd door het vastgestelde bestemmingsplan. De verzoeker om onteigening hoeft daarbij niet te wachten tot het plan onherroepelijk is geworden.

Wat betreft andere milieubelastende alternatieven merken wij op dat dit onderdeel van de zienswijze van planologische aard is. De planologische aspecten van het te maken werk kunnen in het kader van de administratieve onteigeningsprocedure niet zelfstandig worden beoordeeld, maar konden in de procedure op grond van de Wro aan de orde gesteld worden.”

“De VLK kan afzonderlijk van de andere deelprojecten worden gerealiseerd. Deze moet eerst gerealiseerd worden en in gebruik zijn genomen voordat de dubbele spoorwegovergang kan worden gesloten. De overige deelprojecten zorgen ervoor dat de effecten van de sluiting van de spoorwegovergang worden opgevangen zoals in het reeds onherroepelijke bestemmingsplan verbindingsweg Tongeren.”

De zienswijzen zijn van planologische aard en geven de Kroon geen aanleiding om het verzoek tot aanwijzing ter onteigening geheel of gedeeltelijk af te wijzen.

Reclamant 2

Strijd met zorgvuldigheid
Reclamant meent dat het ontwerpbesluit in strijd is met het zorgvuldigheidsbeginsel en de verplichte belangenafweging. De onteigening zou nodig zijn voor de uitvoering van het bestemmingsplan en specifiek voor de aanleg van de verbindingsweg over de onroerende zaak van reclamant. Volgens reclamant zal de verbindingsweg niet worden toegestaan in verband met strijd met het recht. Daarmee is ook de verzochte onteigening in strijd met het recht.

De Kroon overweegt dat de argumenten van planologische aard zijn en verwijst naar de overwegingen die zij bij reclamante 1 heeft gemaakt. Ten aanzien van de zienswijze van reclamant dat in het ontwerpbesluit niet is ingegaan op diens argumenten wijst de Kroon op eerdere Koninklijke Besluiten. In beginsel wordt niet uitdrukkelijk aandacht besteed aan individuele belanghebbenden bij een ontwerpbesluit tot aanwijzing ter onteigening. Een dergelijke verplichting volgt ook niet uit de Onteigeningswet of de Awb. Het ontwerpbesluit geeft slechts aan dat op voorhand geen feiten of omstandigheden bekend zijn die de aanwijzing van het verzoek tot onteigening in de weg staan. De terinzagelegging en daarmee ook de mogelijkheid om zienswijzen in te dienen, biedt juist de mogelijkheid om feiten en omstandigheden aan te dragen die een andere blik op de zaak kunnen werpen.

Meer grond onteigend dan nodig?
Reclamant is van mening dat er meer grond wordt onteigend dan nodig is voor de uitvoering van het werk. De tekeningen in het dossier scheppen verwarring.

De Kroon overweegt dat verzoeker in zijn reactie op de zienswijze van reclamant heeft toegelicht dat de aan te leggen strook is bedoeld ter bescherming van de steenuil. Betreffende strook past binnen de bestemming natuur zoals ook uit de verbeelding blijkt. De projectietekening is daar niet tegenstrijdig aan. Reclamant kon bekend zijn met de beoogde bestemming van de groenstrook en de Kroon overweegt dat verzoeker voldoende inzicht in de gewenste wijze van de planuitvoering heeft verschaft.

Minnelijk overleg
Het gevoerde minnelijke overleg is slechts summier geweest. Dit blijkt ook uit het feit dat hem niet duidelijk is wat er op zijn gronden exact gerealiseerd gaat worden en dus ook niet wat de exacte grootte van de te verwerven onroerende zaak zal zijn.

Reclamant heeft reeds aan het begin van de onderhandelingen door tussenkomst van zijn adviseur laten weten pas in gesprek te willen gaan zodra het bestemmingsplan ter inzage is gebracht. Pogingen van verzoeker om in overleg te treden zijn door reclamant afgewezen. Ook op het eerste aanbod heeft reclamant niet gereageerd en later heeft de adviseur van reclamant laten weten dat reclamant pas wenst te reageren als het bestemmingsplan is vastgesteld. Op het tweede aanbod wordt door reclamant afwijzend gereageerd. In dat licht oordeelt de Kroon dat ten tijde van het verzoek om onteigening genoegzaam vaststond dat het minnelijk overleg voorlopig niet tot overeenstemming zou leiden en mocht worden overgegaan tot de start van de administratieve onteigeningsprocedure. Ook loopt het minnelijk overleg door.

Urgentie en planning
Volgens reclamant is het niet aannemelijk dat binnen vijf jaar na datum van het kroonbesluit een aanvang wordt gemaakt met de uitvoering van het werk.

De Kroon overweegt dat uit de planning en urgentie van het werk voldoende is gebleken dat het werk binnen de gehanteerde termijn van vijf jaar na de datum van dat besluit zal starten. De werkzaamheden staan nog steeds in 2024 of zoveel eerder als mogelijk gepland.

De Kroon wijst het verzoek tot onteigening gedeeltelijk toe.

Bekijk uitspraak

Gloudemans voor het land van morgen